Sportvisserij Nederland wil terugzetverplichting van aal voor sportvissers vanaf 2009
Bilthoven, 17 juni 2008
Het bericht
Sportvisserij Nederland heeft op 6 juni in het Journaal en op haar website een tendentieus bericht verspreid. Het bericht begint met de kreet: “Laat de AAL niet uitsterven!”. Sportvisserij Nederland heeft verder besloten om per 1 januari 2009 een algehele terugzetverplichting voor aal zal gelden voor hengelsportvissers en peurders. Hier willen wij graag even op reageren als ervaringsdeskundigen.
Vangstafname
De bewering van Sportvisserij Nederland dat de vangsten met 75% zijn afgenomen sinds 1980 zijn gebaseerd op onvolledige vangstcijfers. In Nederland geldt géén meldplicht of registratieplicht voor aalvangsten. Een duidelijk totaalbeeld over de hoeveelheid in Nederland gevangen paling ontbreekt dus. Bekend is dat er in bepaalde gebieden een afname van de aalvangsten heeft plaatsgevonden in vergelijking met het jaar 1980. Vergelijken we dit met de de totale visvangsten op de Noordzee zien we een gelijke trend. Ook de vangsten op de Noordzee alsmede de hoeveelheden gevangen mosselen in de Waddenzee zijn in dezelfde periode in gelijke percentages afgenomen. Het zou te kort door de bocht zijn om overbevissing door beroeps-, en sportvisserij daarvan de oorzaak te geven. Eerder zou men moeten kijken naar het geringe voedselaanbod in de oppervlaktewateren en de Noordzee.
Bekend is dat de totale aalvangsten in Nederland al ongeveer 10 jaar op een stabiel niveau liggen. De bewering dat er 75% minder aalvangst is gaat niet op. WilleM Dekker (bioloog en palingdeskundige) verklaart dat de aal niet binnen veilige biologische marges zit maar beslist niet op uisterven staat.
Intrek glasaal
De bewering van Sportvisserij Nederland over de teruggelopen intrek van glasaal klopt ook niet. De intrek van glasaal wordt op basis van proefvangsten berekend door biologen. Vaststaat dat grote gebieden van Nederlandse oppervlaktewateren niet bereikbaar zijn voor de jonge glasaal. Dit komt door onze Nederlandse waterwerken als dijken, dammen en sluizen. Onderzoeken die de laatste 10 jaar zijn uitgevoerd door de VBC Rijnland is gebleken dat bij Katwijk aan Zee al jaren gelijk blijvende hoeveelheden glasaal in de Noordzee voor de kust lagen te wachten. (glasaal trekt alleen bij springtij) Deze glasaal is door de vissers met toestemming van het ministerie van LNV in het zoute Noordzeewater gevangen en over de duinen in het water weer losgelaten. Bij Katwijk aan Zee kan de glasaal met menselijke hulp nog naar binnen elders(bijv. Scheveningen) in Nederland niet en wordt dus waarschijnlijk voor een groot deel door andere vissen opgegeten. Dit toont aan dat Nederland te gesloten is voor een trekvis als aal.Gesloten
Bekijk de kaart van Nederland eens aandachtig en u ontdekt nog meer obstakels in de trekroutes van de aal.
Neem als voorbeeld de Afsluitdijk. Voor 1928 had de toenmalige Zuiderzee (nu IJsselmeer) een open verbinding van 45 kilometer met de Waddenzee en Noordzee. In 1932 is dat teruggebracht naar twee sluizen van 10 meter breed. Ter vergelijking betekent dit bijvoorbeeld dat u bij thuiskomst door uw brievenbus naar binnen moet in plaats van door de voordeur. (die brievenbus staat echter slechts een beperkt aantal keer per dag open en is voor de rest hermetisch gesloten)
Bekend is dat op plaatsen(rivierengebied) waar aal wel een vrije toegang heeft de laatste jaren grote aantallen glasaal naar binnen trekken en is dus sprake van een groeiend aalbestand.
De bewering dat er 95% minder intrek is van glasaal is dus niet geheel juist, de oorzaak is zeker discutabel. Een oplossing zou moeten worden gezocht in verbetering van de toegankelijkheid van leefgebieden voor aal. (habitat verbetering)
De uittrek van (paairijpe) schieraal zal ongehinderd moeten zijn ook hier zijn anno 2008 grote problemen. Door waterkrachtcentrales en watergemalen vinden jaarlijks grote aantallen aal de dood. Sportvisserij Nederland berekent in haar model ca. 130 ton voor deze oorzaak. Beroepsvissers in de buurt van waterkrachtcentrales en watergemalen stellen dat dit aantal groter is gezien de hoeveelheid beschadigde alen die zij aantreffen. Zelfs in 2006 zijn verschillende grote watergemalen door de overheid opgeleverd die trekkende (paairijpe) schieralen ernstig beschadigen of zelf doden.
Door Sportvisserij Nederland is de geschatte aalsterfte in Nederland in totaal 1320 ton. Voor degene die niet weet hoeveel kilogram een ton is: 1 ton = 1000 kilogram. Een Nederlandse aal weegt gemiddeld tussen 80 en 200 gram per stuk (ca. 7 stuks per kilo). Dat betekent dat jaarlijks 9.240.000 (negen miljoen tweehonderveertig duizend) palingen in Nederland gevangen worden.
De echte deskundigen beweren dan ook dat van uitsterven geen sprake is. Enkele vooraanstaande wetenschappers beweren dat economische exploitatie van de aal op sommige plaatsen in Nederland niet langer lonend kan zijn. De beroepsgroep onderschrijft dit gezien de hoge kosten die gemaakt moeten worden. (brandstof, netten, vergunningen)
Giftigheid dioxines
De bewering van Sportvisserij Nederland omtrent dioxines en pcb's kloppen niet geheel. De huidige norm voor dioxine en pcb is verouderd. In 2006 heeft de WHO (wereld gezondheids raad) na gedegen onderzoeken en voortschrijdend inzicht, besloten om te komen met nieuwe toegelaten waarden voor dioxines en pcb's. Dit betekent dat bepaalde dioxines en pcb's tot wel 100 keer minder schadelijk zijn dan tot 2006 werd aangenomen. Voor de Nederlandse aal zou dit betekenen dat ongeveer 60% van de als verontreinigd aangemerkte vangstplaatsen niet meer in die categorie zou vallen. Echter in Nederland rekent men nog steeds met de oude waarden van voor 2006.
Vangstbeperkende maatregelen
De overheid en de beroepsvisserij hebben al een aantal beperkende maatregelen afgesproken. De vangstbeperkingen die de overheid heeft opgelegd sinds 1995 en 2000 bevatten onder andere een beperking van vangstmiddelen met ongeveer 50% en een verdere beperking van het aantal vergunninghouders in het IJsselmeergebied. Sportvisserij Nederland laat via Onne Terlouw (hoofd Communicatie en Educatie) in een intervieuw met het weekblad Vissserijnieuws weten dat het besluit tot terugzetverplichting door een "ruime meerderheid" van aangesloten federaties is genomen. Welke federatie voor en welke federatie tegen het voorstel hebben gestemd wil hij niet kwijt. Ook was overleg met VBC's niet nodig om de terugzet verplichting te rechtvaardigen.
Oproep van Sportvisserij Nederland om geen aal te consumeren is gezien alle maatregelen die genomen zijn en worden vanaf 2009 erg voorbarig en volgens deskundigen een vooraanstaande wetenschappers op dit moment zeker niet nodig. Onderzoek in Scandinavië laat zien dat een vergroting van de minimum vangstmaat een veel betere maatregel zou zijn. Ook het goed beheren van de wateren, vergelijkbaar zoals dat in Ierland gebeurd, zou de palingstand beter van dienst zijn. Aldus diverse deskundigen en wetenschappers al jaren beweren.
Helpende hand
Diverse palingbedrijven hebben de laatste jaren (2006: Spakenburg Paling uit Spakenburg uitzet op diverse plaatsen in de Gelderse Valei en stroomgebied van de rivier Eem, 2007: Foppen Paling en Zalm uit Harderwijk uitzet in het Veluwemeer en 2007: Kraan uit Urk uitzet op diverse plaatsen in Friesland) tienduizenden alen teruggeplaatst in de natuur. De beroepsvisserij zet per jaar vele honderden kilo's jonge aal en tientallen kilos glasaal (ca. 3500 stuks per kilo) uit door heel Nederland.
De beroepsgroep juicht de oproep tot terugzet verplichting voor aal van Sportvisserij Nederland dan ook toe.